Catharinus Hendrik (Rinus) Jagtenberg is geboren op 27 mei 1909 te Velsen en is overleden op 8 februari 1980 te Amsterdam.
Vanaf jonge leeftijd is Rinus veel aan het tekenen en valt zijn talent op. Na de lagere school volgt hij een opleiding houtbewerking aan de Ambachtsschool te IJmuiden en ontstaat er interesse voor architectuur. Later volgt een opleiding aan de Nijverheidsschool, waar hij les kreeg van de architect Ch. Bartels. Hier kan hij zijn creativiteit kwijt in het ontwerpen van meubels. Later maakt hij ook ontwerpen voor o.a. een atelierwoning en een zomerhuis.
Op 6 mei 1936 trouwt hij met Christina Hendrika (Miep) Claus. Na hun trouwen wonen zij eerst in IJmuiden maar moesten in 1942, gedwongen door de Duitsers, hun huis verlaten en kwamen zij terecht in de Tilanusstraat in Amsterdam-Oost, waar ook ruimte was om zijn atelier te vestigen. Amsterdam was voor Rinus Jagtenberg als kunstenaar een geweldige stad en hij is dan ook nooit meer verhuisd.
Omdat hij moeilijk afstand van zijn werk kon doen – een schilderij dat hij in het laatste oorlogsjaar wegens geldgebrek had verkocht, heeft hij later weer teruggekocht – maakte hij voor de nodige inkomsten o.a. ontwerptekeningen voor affiches en hield hij zich bezig met de architectuur bij verbouwingen en inrichting van de Hollandia Falcon fabriek in Amsterdam-Noord.
Op het gebied van beeldende kunst werd hij in zijn beginperiode vooral geïnspireerd door nieuwe stromingen die in het begin van de 20e eeuw in Europa, en dan vooral in Parijs als hèt culturele centrum in die tijd, ontstonden. Hierdoor kreeg hij ook veel belangstelling voor de taal en cultuur van het land. Met veel plezier en grote regelmaat reisde hij samen met Miep in hun 2cv door heel Frankrijk, waar hij vele schetsboeken vol tekende met tekeningen en aquarellen van de streken die zij bezochten en de ontmoetingen die zij daar hadden. Zijn belangstelling bleef niet beperkt tot Frankrijk, ook reisde hij veel door andere landen in Europa en maakte hij o.a. vele aquarellen van historische plekken, zoals kastelen. Parallel aan deze interesse heeft hij ook historische gebeurtenissen die rond de late middeleeuwen in Nederland plaatsvonden, in schilderijen maar vooral in expressieve tekeningen, weergegeven.
In zijn woonplaats Amsterdam volgde hij alle ontwikkelingen in de kunst die hij interessant vond, zoals de Cobra-groep en was hij bevriend met Anton Heyboer. Hij was lid van kunstenaarsvereniging ‘De Onafhankelijken’ maar verder hield hij zich grotendeels buiten het circuit van kunstenaars en galeries, het was niet zijn wereld. Eind jaren ’40 heeft hij wel deelgenomen aan een tentoonstelling in het Stedelijk Museum te Amsterdam, samen met o.m. Karel Appel, Jan Sluijters, Corneille en Jan en Constant Nieuwenhuijs. Later zijn er, mogelijk omdat hij geen nauwe banden had met de kunstwereld, geen tentoonstellingen van zijn werk meer geweest.
Bijna alle schetsboeken, tekeningen en schilderijen, die hij in de loop van zijn leven heeft gemaakt, hebben zijn atelier nooit verlaten. Gezien de ook maatschappij-kritische aard van zijn tekeningen en schilderijen uit de jaren ’60/’70, zou hij deze waarschijnlijk toch graag in een tentoonstelling hebben willen tonen, maar met zijn overlijden in 1980 is het daar uiteindelijk niet van gekomen. Tot de dood van Miep in 2013, zijn alle werken in zijn atelier bewaard gebleven.